Ambitie 4

Internationaal
​​​​​​

Het kunstonderwijs in 2020 heeft de sterke internationale positie verder uitgebouwd.

‘Samenwerken met anderen is een competentie. Oók in de internationale context’

Naast digitalisering grijpt internationalisering steeds dieper in op de samenleving. Bovendien stelt het hbo in # 2025 Wendbaar en Weerbaar dat de toekomstige professionals kritisch, ondernemend en onderzoekend zijn en een internationale oriëntatie hebben. Internationalisering maakt onderwijs uitdagender en studenten slimmer, creatiever en ondernemender, aldus Minister Bussemaker in haar Visiebrief Internationalisering . Het Nederlandse kunstonderwijs herkent zich hierin. Het ontleent zijn kwaliteit en bekendheid aan de van oudsher sterke internationale dimensie van zijn onderwijs en onderzoek. 


Artistiek werk beperkt zich veelal niet tot landgrenzen. Met een relatief grote internationale populatie studenten en docenten en actieve participatie in internationaal onderzoek heeft het Nederlandse kunstonderwijs een sterke internationale aantrekkingskracht. Afgestudeerden komen terecht op groeiende internationale arbeidsmarkt, in Nederland en in het buitenland. 


Positionering
Internationale positionering in deze tijd betekent het inzetten op local en global en de verbinding daartussen. Stedelijke en regionale ontwikkeling gebeurt in internationaal verband. Internationale positionering brengt het kunstonderwijs naast nieuwe kennis en toepassingen ook nieuwe inzichten en ervaringen die de westerse visies en werkwijzen confronteren met andere paradigma’s. Hogescholen met samenwerkingsverbanden in Azië en Afrika hebben hier al ruim ervaring mee. Daarnaast geeft internationaal onderwijs en onderzoek studenten en docenten interculturele vaardigheden mee in hun beroepspraktijk. Te denken valt aan omgaan met anders denkenden, sociaal initiatief en flexibiliteit. 


Internationale positionering vraagt om meebewegen, om de actualisering van kennis en werkwijzen en het meenemen van docenten en studenten hierin. 
Met het actieplan ‘Make it in the Netherlands’ heeft de minister beleid ingezet om de binding van internationaal talent aan Nederland te versterken, onder meer door knelpunten in de wet- en regelgeving voor studie, stage en werk zoveel mogelijk weg te nemen. Toch worden hogescholen en de instellingen waarmee zij samenwerken belemmerd door problemen met de visa voor studenten en de werkvergunningen van docenten.


Internationalisering in het kunstonderwijs gaat dus vooral over positionering op een internationale onderwijs- en onderzoeksmarkt. Er wordt samengewerkt om de sterke positie die het Nederlands kunstonderwijs al heeft te behouden en verder uit te bouwen. Dat neemt niet weg dat ook de mobiliteit van studenten in het kunstonderwijs in de vorm van internationale studie en stage groeit. 


Acties
Het kunstonderwijs zet gezamenlijk in op de volgende acties. 

  • Het palet aan onderwijs en onderzoek internationaal nog verder bekend maken; 
  • Onderzoeken en expliciteren van het (hoge) niveau en de eigenheid van NL Kuo in internationale context en discours;
  • Een verbindingsrol spelen tussen en een bijdrage leveren aan kunst, cultuur en economie in de internationale creatieve industrie en hierbij schakelen tussen ‘local’ en ‘global’;
  • Studenten blijvend opleiden voor een wereldpodium c.q. arbeidsmarkt en meer markten openen;
  • Blijven aantrekken van internationaal en divers talent. 


Hiervoor is nodig:

  • Belemmerende regelgeving en visumproblematiek voor internationale gastdocenten en studenten oplossen, in samenwerking met Kunsten ’92 en het ministerie van OCW. 
  • Scholarships om naast de beste Nederlandse studenten ook de beste internationale studenten aan te trekken en zo internationaal te kunnen blijven concurreren. 

Lees over Bijzonder kwaliteitskenmerk Internationalisering

Lees over PhoneBloks: ’The whole world collaborates to build a totally new telephone’