Ambitie 3
Lab voor research & development
Het kunstonderwijs in 2020 is een erkende plaats voor research & development.
‘Nieuwsgierigheid: dat mag bij het kuo op subjectieve basis. Er is dezelfde fascinatie als bij andere studies maar op verschillende manieren. Het kunstonderwijs draagt bij door kennis over de wereld te creëren’
Citaat uit mini-conferentie kuo next 22 april 2016
Agenda hbo
In de Strategische Agenda Hoger Onderwijs en Onderzoek 2015-2025 van het ministerie van OCW wordt het belang van praktijkgericht onderzoek en een stevige inbedding daarvan in het onderwijs benadrukt. Studenten in het hbo ontwikkelen vanaf de eerste dag een onderzoekende en innovatieve houding in de kunsten. Praktijkgericht onderzoek verbetert het onderwijs en vernieuwt de beroepspraktijk.
Het onderwijs moet daarom steeds de ruimte vinden om te reflecteren, onderzoek te doen en zichzelf te vernieuwen. Studenten worden immers opgeleid voor een werkveld van ‘over 5 of 10 jaar’.
Het hbo lanceerde in augustus 2016 een eigen strategische onderzoeksagenda Onderzoek met Impact waarin kunst en creatieve industrie één van de thema’s is.
Bijdrage aan maatschappelijke vraagstukken
Innoverend vermogen wordt steeds belangrijker in onze maatschappij . De maatschappelijke uitdagingen, zoals migratie, zijn complex en steeds vaker van mondiale aard. Door werk te maken dat er niet eerder was, in voortdurende interactie met steeds nieuwe publieken en gebruikers, dragen afgestudeerden uit het kunstonderwijs bij aan antwoorden op de vragen uit de samenleving.
Innoverend vermogen wordt gestimuleerd met research & development. Studenten, docenten en het werkveld vinden dat bij het kunstonderwijs waar nieuwe technieken, toepassingen, vormen van schoonheid, beleving en zingeving worden ontwikkeld. Het kunstonderwijs wil die functie verder uitbouwen binnen de kaders van de strategische onderzoeksagenda. Iedere hogeschool vult die in op een manier die past bij de eigen profilering en zwaartepunten.
Internationaal
Internationaal neemt het kunstonderwijs een belangrijke positie in. De investeringen in research & development blijven in Nederland echter achter bij de omringende Europese landen. Dat is niet goed voor de internationale concurrentiepositie. In de ‘route Kunst: onderzoek en innovatie in de 21ste eeuw’, in de investeringsagenda van de NWA wordt geconstateerd dat de huidige onderzoeksmiddelen voor onderzoek in de kunsten schaars zijn. Het hbo kunstonderwijs ondersteunt met klem de conclusie uit de investeringsagenda NWA dat additionele middelen noodzakelijk zijn.
Derde cyclus
Het hbo kunstonderwijs heeft een afwijkende positie in een binair hoger onderwijssysteem. Voor een gezond onderzoeksklimaat en om te blijven concurreren op een internationale onderwijs- en onderzoeksmarkt is een derde cyclus onontbeerlijk. Een derde cyclus met promotietrajecten ligt in het verlengde van de masteropleidingen die in het kader van het Sectorplan zijn uitgebouwd. Professionals die naar het onderwijs ‘terugkeren’ (waaronder de eigen docenten) biedt een derde cyclus ook de gelegenheid om te promoveren.
Binnen het kunstonderwijs bestaan al goede voorbeelden van samenwerking met universiteiten. De Gemeenschappelijke Regeling tussen de Hogeschool der Kunsten Den Haag en de Universiteit Leiden (2001) waarin kunstenaar-onderzoekers toegang hebben tot universitaire promotietrajecten was de eerste en verschillende hogescholen volgden.
Voor de inrichting van een derde cyclus moet er een (financiële) infrastructuur komen. Het kunstonderwijs zal dit punt oppakken en zal daarbij aansluiten bij de eigen cultuur en omgeving.
Acties
Het kunstonderwijs zet gezamenlijk in op de volgende acties:
- Voortzetting van het Platform Onderzoek;
- Intensivering van de samenwerking met de creatieve industrie;
- Een volwaardige derde cyclus en het vergroten van promotiemogelijkheden in het kunstonderwijs;
- Intensivering van de samenwerking tussen het hbo kunstonderwijs en de universiteiten;
- Inbreng bij de NWA (investerings)agenda.
Hiervoor is nodig:
- Inventariseren van de ervaringen met de samenwerking tussen het hbo kunstonderwijs en de universiteiten, kennisdelen, wegnemen van belemmeringen in de regelgeving, erkenning van de eigen positie van het kunstonderwijs ‘tussen hbo en wo’ in internationale context.
- Investeringen in de derde cyclus kunstonderwijs;
- Een beurzenprogramma om de promoties in het kunstonderwijs te stimuleren.
Lees over Onderzoek met impact in de creatieve industrie
Lees over Multidisciplinaire labs - een uniek netwerklectoraat
Lees over Artists-in-residence-programma
Onderzoek met impact in de creatieve industrie
In de Strategische Onderzoeksagenda hbo 2016-2020 Onderzoek met Impact wordt de maatschappelijke opdracht van het hbo verbonden aan maatschappelijke uitdagingen. De thema’s in de onderzoeksagenda laten bovendien de koppeling zien met de vragen en routes van de Nationale Wetenschapsagenda.
De onderzoeksagenda benoemt de toenemende urgentie van praktijkgericht onderzoek in het kunstvakonderwijs. ‘Het onderzoek van hogescholen is van groot belang voor de topsector creatieve industrie, zo blijkt uit de evaluatie van de twee Centres of Expertise op het thema kunst en creatieve industrie. Deze sector wordt gekenmerkt door hoge dynamiek, snel groeiende bedrijvigheid en het continu ontwikkelen van nieuwe kennis. Juist de creatieve industrie is daarom zeer gebaat bij een sterke wisselwerking tussen praktijk, onderwijs en onderzoek.’
Multidisciplinaire labs - een uniek netwerklectoraat
Het lectoraat Future Urban Regions (FUR) is een uniek netwerklectoraat waarin zes hogescholen, het ministerie van I&M, werkveld en lokale overheden samenwerken. In multidisciplinaire labs doen masterstudenten architectuur, stedenbouwkunde en landschapsarchitectuur (internationaal) praktijkgericht onderzoek.
Vanuit een veranderend begrip van (ruimte)gebruik werkt het lectoraat aan de verbetering van de stedelijke milieuprestatie, de economische situatie en sociaal-culturele participatie. Dat is leidend voor de opgaven van ontwerpend onderzoek, die in opdracht van lokale en regionale overheden zijn ingebed in het onderwijscurriculum van de zes Nederlandse academies van bouwkunst. Zie www.futureurbanregions.org
Artists-in-residence-programma
Het Artist in Residence (AIR) programma met lector Marijke Hoogenboom is een programma in samenwerking met de verschillende faculteiten van de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten. Het AIR-programma stimuleert innovatie en confrontatie met actuele artistieke impulsen. Het biedt ruimte om de praktijk in huis te halen en kunstenaars uit te nodigen die het onderwijs en het artistiek beleid aan de hogeschool kunnen bezielen. Bijzondere aandacht gaat uit naar nieuwe ontwikkelingen in een inter- en multidisciplinaire context en de wisselwerking met de internationale state of the art.
Van maart tot oktober 2016 is bijvoorbeeld de Zuid-Afrikaanse filmmaker/beeldend kunstenaar/filmtheoreticus Jyoti Mistry te gast als Artist in Residence bij de masteropleiding van de Nederlandse Filmacademie.